Dagje Uitgeest

Uitgeest is een heel apart dorp. Aan de ene kant nog een echt dorp waar de tijd stilgestaan heeft. Letterlijk aan de andere kant een uitgebreide nieuwbouwwijk met standaardhuizen. Gescheiden door een stuk provinciale weg dat door vele compromissen tot stand gekomen is en via het station de wijk in voert. En even verderop zit je dan zomaar langs het water van het Uitgeestermeer.

Onze zakelijke bestemming voerde ons naar de oude dorpskern. Waar de tijd heeft stilgestaan: kroeg tegenover kerk maar wel overal eenrichtingsverkeer en in de hoofdstraat enkele snacktentjes. Je voelt je helemaal in een andere wereld, vooral als je daarna koers zet naar een paviljoen aan het Uitgeestermeer.

De tocht naar onze lunchbestemming voerde deels via een ventweg langs de A9 richting Alkmaar en op de parkeerplaats werd ik overvallen door het autoroutegevoel. Aan de kant van de weg neerstrijken, op zo’n parkieng (zeggen de Fransen) waar het altijd overvol zit met etende en vooral drinkende Fransen en een per definitie stinkend openbaar toilet.

Maar dit was Uitgeest en het stonk hier niet.

Ons paviljoen was er een van het type “de slagroom is op en de kroketten zijn nog niet gebracht” maar wel met een enorme speelweide en uitzicht op het meer.

Boeien?

We keken recht op iets wat aanvankelijk een setje boeien leek om het einde van het veilige zwemwater te markeren. Maar het bleken simpele zeilbootjes, waarmee de jeugd de edele zeilsport onder de knie probeerde te krijgen. Ineens was ons stukje meer vol van die zeilbootjes. Elk kon een eigen route proberen af te leggen, die afgezet was met boeien in de kleur van het scheepje.

De zeilschool

In de verte zagen we de jachthaven van Uitgeest liggen met (waarschijnlijk iets frivolere) horeca en grote zeiljachten. Het leek er druk. En dáár zagen we de Dorregeestermolen!

Dorregeestermolen

De landelijkheid werd ons bijna teveel. Met een gevoel van spijt omdat we afscheid moesten nemen van deze oase maar opgelucht omdat we de benzinedampen weer tegemoet konden gaan, koersten we naar ons derde doel: de supermarkt. Langs die malle slingerroute, onder het Uitgeester station door en dan weer een stuk terug slingeren.

Met een tas vol merendeels noodzakelijke boodschappen koersten we terug naar het verre Haarlem. Net op tijd thuis voor ons middagslaapje.