Boekbespreking De Andriessens

DeAndriessensDe Andriessens; een kleurrijke familie van muzikanten en kunstenaars

In 2013 kwam er bij uitgeverij Lias een boek uit met als titel “De Andriessens; een kleurrijke familie van muzikanten en kunstenaars.” De uitgave kwam tot stand met subsidie van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten.
De auteur van dit boek, Agnes van der Horst, is als journalist werkzaam voor verschillende muziektijdschriften, zoals Luister en het Tijdschrift Oude Muziek. Zij werd geboeid door de vraag hoe zoveel talent in één familie kan voorkomen. Daartoe raadpleegde zij vele boeken, brieven, interviews en artikelen; ook voerde zij een aantal gesprekken met leden van de familie. Aan de hand daarvan beschrijft zij het leven van een aantal familieleden.
Het grootste deel van het boek beslaat de periode 1934 – 2013, hoewel de voorgeschiedenis van aartsvader Nicolaas Hendrik (de organist) en -moeder (schilderes Gezina Vester) ook aan bod komt.
De titel van het boek dekt de lading uitstekend: de niet beroemd geworden (niet-)muzikanten en (niet-)kunstenaars komen in het verhaal niet voor. De connectie met pianofamilie Koot (getrouwd met Laura, de dochter van Nicolaas en Gezina) wordt buiten beschouwing gelaten evenals de tragische dood in zee van Frans Willem Andriessen, de oprichter van de pianohandel aan de Botermarkt.
Het boek is tamelijk chronologisch van opbouw met in verschillende hoofdstukken aandacht voor de artistieke familieleden. Binnen de hoofdstukken moet je heel goed in de gaten houden over wie het gaat; dat wordt niet duidelijk aangegeven en de generaties lopen ook voortdurend door elkaar heen. Oervader en organist Nicolaas Hendrik wordt beschreven; ook de tweede generatie met Willem (pianist), Hendrik (componist), Mari (beeldhouwer) zijn vertegenwoordigd. De derde generatie komt aan bod in de personen van Jurriaan en Louis, beide componisten. Helaas voor de talentlozen, die slechts konden zingen, dansen, fluitspelen of koordirigeren: zij vallen buiten het bestek van het boek. Daarom vind ik dat ook Paul Witteman (zijdelings familie) niet in het boek thuishoort.
Van der Horst beperkt zich tot een beschrijving aan de buitenkant van de diverse familieleden, waardoor ik het boek vaak saai en slaapverwekkend vond. Pas bij de opkomst van Provo ging het mij boeien, maar heeft misschien meer met mijn eigen geschiedenis te maken.
Overigens is het boek rijk voorzien van foto’s uit het familiearchief, Nederlands Muziek Instituut en van diverse andere fotografen. Hier en daar schijnt er wat fout te zijn met de onderschriften volgens recensenten. Maar ik viel over het volgende. Op pag. 128 lopen de vier leden van de Notenkraker (Louis Andriessen en zijn kompanen) over een zebrapad, precies zoals The Beatles destijds Abbey Road overstaken. De auteur maakt geen melding van dit humoristische gegeven. ’t Is maar een kleinigheidje…NotenkrakersOpZeebrapad
Hoofdstuk 10, het laatste hoofdstuk, laat enige lukraak gekozen verwanten aan het woord.
Het boek is voorzien van een uitgebreid notenapparaat, een lijst met de belangrijkste en opmerkelijkste composities (wie maakte deze keus?) en een beperkte stamboom. Helaas ontbreekt er een uitgebreid register. Sommige van de noten, bij voorbeeld definities van termen, hadden beter in de tekst uitgelegd kunnen worden.
De startvraag van het onderzoek “hoe zoveel talent in één familie kan voorkomen” wordt jammer genoeg niet beantwoord. Maar dat kunnen we misschien beter aan psychologen overlaten.

De Hilversumse uitgeverij Lias werd in 2011 opgericht door Liesbeth de Vries, die haar sporen bij verschillende andere uitgeverijen verdiende. Het bedrijf richt zich voornamelijk op het maken van boeken “met betekenis” over thema’s als cultuur, geschiedenis en psychologie.